Israël en de kerk. 2

Paulus heeft een lange brief geschreven aan de christenen in Rome. We kunnen daar veel van leren. Paulus, een Jood, gevormd door Schriftgeleerden, is blij en trots op zijn afkomst. Hij maakt duidelijk dat de christenen alles te danken hebben aan Israël: * De Boeken van het Eerste Testament zijn geschreven door Joodse schrijvers; * de Thora met gebruiken voor het hele leven is door God Zelf aan zijn volk gegeven en ook wij mogen er onze winst mee doen; * De Feesten die God heeft ingesteld, vol profetie, waarvan een aantal nog onthuld moet worden, waar ook wij in mogen delen; * De Profeten die Gods toekomst hebben verwoord, ook na Pinksteren; * De Zoon van Maria, Jezus Christus die de kern van het heil uit de Joden is, tot redding van de wereld. Dit alles heeft te maken met Gods keuze voor de nakomelingen van Abraham, Izaäk en Jakob, zijn kostbaarste bezit. En dit volk krijgt in de apostelen de opdracht de wereld in te trekken en discipelen van Jezus te maken onder de volkeren, ook onder de Nederlanders. Als wij over de kerk schrijven, dan proberen we onze plaats te zoeken ten opzichte van Israël. Volgens mij zal onze houding zeer bescheiden en dankbaar moeten zijn.

Paulus gaat daar dieper op in, n.l. in hoofdstuk 11 gaat het over de ‘Edele Olijf’. Hij schrijft: ‘…en als nu sommige takken van deze edele olijfboom zijn gebogen/gebroken en u, loten van een wilde olijfboom tussen de overgebleven takken bent geënt en mag delen in de vruchtbaarheid van de wortel, dan moet u zich niet verheffen boven de takken. Als u dat doet, moet u goed bedenken dat niet u de wortel draagt, maar de wortel u’. En even verder schrijft Paulus aan de Romeinse christenen, dat ze niet hoogmoedig moeten zijn, maar ontzag voor God moeten hebben.

Hebben wij ontzag voor God als het over zijn ‘kostbaarste’ bezit gaat en zijn wij niet hoogmoedig als kerk ten opzichte van zijn volk? Nee, we geloven niet meer dat ‘de kerk in de plaats van Israël’ is gekomen, maar is onze houding ook veranderd?

Als we dit jaar de geloofsbelijdenis van Nicea herdenken (1700 jaar oud) en daarnaast ook de 12 artikelen plaatsen, staat er niets in over Israël, maar wel een zin over de kerk. Wat is daarvan de oorzaak? En klopt dat met de openbaring van Gods Woord? Al eeuwenlang hebben deze formulieren grote invloed. Hebben de opstellers kennis gehad van Exodus en de brief aan de Romeinen? Of hadden ze te maken met andere drijfveren? Hebben ze de kerk daardoor boven Israël geplaatst? En zijn wij door deze gedachten op het verkeerde been gezet? Wat voor invloed hebben deze formulieren in de kerkgeschiedenis gehad en zelfs in de wereldpolitiek? Genoeg vragen om over na te denken.

 

Reacties

meest gelezen