1700 jaar Nicea

De geloofsbelijdenis van Nicea bestaat in 2025 al 1700 jaar. Een belijdenis die nog steeds in vele kerken, wereldwijd, wordt na gesproken en in vele kerkboeken is opgenomen. Volgens mij wordt het tijd om de halve waarheid van dit formulier eens stevig aan te pakken.

Hoewel de woorden van deze geloofsbelijdenis in vele oren heel vertrouwd zullen klinken, missen ze, volgens mij, zeer fundamentele gegevens. Juist in Gods Woord (zie o.a. de Romeinenbrief) lezen we dat de kerk alles te danken heeft aan Israël, Gods volk. Als je deze belijdenis leest en op zoek gaat naar de God van Abraham, Izaäk en Jakob, de God van Israël, vind je daarin niets terug, terwijl de Here God Zichzelf met die namen heeft bekend gemaakt en die wilde blijven dragen van generatie op generatie. De geloofsbelijdenis spreekt over Jezus als Gods ‘eniggeboren Zoon’ en terecht, maar Israël wordt door God Zelf, zijn ‘eerstgeboren zoon’  (Exodus 4:22) genoemd. Wij bidden, misschien wel dagelijks, dat Zijn Koninkrijk mag komen en de Koning in dat Rijk is niemand anders dan de beloofde nakomeling van David die tot in eeuwigheid zijn koningschap zal vestigen. Als het nieuwe Jeruzalem uit de hemel komt, lezen we op de 12 poorten en op het fundament de namen van 24 Joodse mannen. Het is Gods plan om via Zijn volk Israël de wereld te zoeken en hen te zegenen en Hij is daar nog steeds mee bezig. (Zie Gods beloften aan Abraham en zijn nageslacht). Is het verhaal van Ruth en Naomi niet een prachtig verhaal voor ons? Net als Ruth zijn wij gelovigen uit de heidenen en ook wij mogen net als zij uitspreken: Uw volk is mijn volk en uw God is mijn God. In dit kleine boekje staat iets zeer fundamenteels!  Natuurlijk, geloofsbelijdenissen worden opgesteld in een bepaalde tijd en kunnen vooral verklaard worden door kennis te krijgen van de geschiedenis. In die terugblik om Nicea te doorgronden, is het verzwijgen van Gods volk Israël, duidelijk terug te vinden. Geen woord erover. Is Nicea daardoor niet het begin van antisemitisme? Stel dat de broeders in 325 wel Gods woorden uit het Oude Testament hadden gebruikt en Gods volk de juiste plek hadden gegeven, hoe zou dan de kerk- en wereldgeschiedenis zich hebben ontwikkeld?

Het is zomer 325 als in Nicea ruim 300 bisschoppen van kerken uit het Romeinse rijk bij elkaar komen in een vergadering. Na het Apostelconvent (Hand. 15) is het de eerste keer, denk ik, dat zoveel christelijke kerken een afvaardiging sturen om een aantal zaken te bespreken die vooral door de toenmalige keizer Constantijn de Grote zijn geagendeerd. De keizer wil rust en vrede in zijn rijk en geen onenigheid. Het blijkt dat er in de kerken van die tijd verschillend gedacht wordt over het menszijn van Jezus en zijn godheid. Dat zorgt voor onrust en op deze vergadering moet er overeenstemming worden bereikt, zodat iedereen weer door dezelfde deur kan.

Een ander punt waar de keizer over wil spreken is de dag waarop Pasen moet worden gevierd. De Joden vieren deze dag op 14 Nissan, de dag die de Here God heeft vastgesteld en elk jaar op een andere dag wordt gevierd. De keizer wil hiervan af en in brieven die hij in die tijd geschreven heeft, blijkt zijn afschuwelijke afkeer van de Joden. Pasen moet, volgens hem, altijd op een zondag gevierd worden. In alles wil hij, en daarbij neemt hij alle christelijke kerken mee, een scheiding aanbrengen. De kerk moet zonder Israël de toekomst tegemoet en voor de Bijbelse feesten is er geen plaats meer op de kerkelijke kalender. De sabbat heeft een paar jaar eerder al het loodje gelegd en de rustdag moet door heel zijn rijk op de eerste dag van de week gevierd worden, op de dag die herinnert aan de zonnegod. Zo bepalen deze bisschoppen, meegesleurd door hun keizer, dat God nog alleen met zijn kerk verdergaat en Israël heeft afgedaan. De kerk heeft de plaats van Israël ingenomen.

In 325 heeft de kerk, volgens mij, een foute afslag genomen. Ik houd van Israël en van zijn God. Graag zou ik een geloofsbelijdenis willen naspreken met een hele waarheid.

A.T.

 

Reacties

meest gelezen