Israël en ik 13; bloed aan onze handen
Al maanden bekijken Mathilda en ik livestreams van “Christenen voor Israël”. Nog niet zo lang geleden volgden we een lezing van ds. Oscar Lohuis over “Bloed aan onze handen”. Hij gebruikte daarvoor het gelijknamige boek van Michael Brown over de geschiedenis van het christelijk antisemitisme. In allerlei boeken, artikelen en lezingen hadden we al kennis opgedaan over het gedachtengoed van christelijke leiders in de geschiedenis over hun ideeën met betrekking tot Israël. Iedere keer schrikken we weer op, hoe belangrijke voorgangers hun haat tegenover de Joden uitspuugden. Als Joden zich niet wilden bekeren tot het christendom en hun Joodse traditie niet wilden afzweren, dan was vaak de reactie: vervolging en vernietiging. En dat is in de eeuwen die achter ons liggen in vele landen de praktijk geweest. Vol afschuw hebben we daar kennis van genomen. En als dan in een lezing deze geschiedenis opnieuw wordt verwoord, komt diepe schaamte naar boven.
In mijn
blogs heb ik geschreven over de onlosmakelijk band tussen God en zijn volk.
Vele teksten maken duidelijk hoe vol liefde Hij met zijn volk omgaat, ook in
zijn straffen. God is trouw. En deze trouwe God roept ons op niet alleen van
Hem te houden, maar ook van zijn volk Israël. Je kunt God en Israël nooit en te
nimmer van elkaar scheiden. Vroeger niet, toen Hij zijn naam aan Mozes en het
volk bekendmaakte met “Ik ben de God van Abraham, Izaäk en Jakob”, (Exodus 3 :
15) nu niet en ook in de toekomst niet, want Hij is Dezelfde. En het is niet
voor niets dat Hij deze naam aan zijn volk geeft. Hij zegt: “Zo wil Ik voor
altijd heten, met die naam wil Ik worden aangeroepen door alle komende
generaties”. De beloften eens aan de aartsvaders gegeven, worden nu
werkelijkheid en Hij verbindt er zijn naam aan. In hetzelfde gedeelte noemt Hij
zichzelf ook “Ik zal er zijn” (Ex. 3 : 14). Een naam die christenen graag
gebruiken, een naam vol troost en trouw. Naast deze naam van God ben ik ook die
ander vaker gaan gebruiken. Door die naam verbind ik mij met Israël.
Deze
blog ben ik begonnen met te wijzen naar de lezing van ds. Oscar Lohuis, “Bloed
aan onze handen”. Graag wil ik jullie stimuleren om kennis te nemen van deze
afschuwelijke geschiedenis. Het zal je niet blij en dankbaar stemmen, maar
veeleer schaamtevol. We weten veel over de Holocaust in de Tweede Wereldoorlog,
de moord op 6 miljoen Joden. Als je kennis neemt van de geschiedenis van de
kerk m.b.t. de Jodenvervolging dan, denk ik, kun je ditzelfde aantal er bij
optellen. Vol afschuw schrijf ik dit op.
Als de christelijke kerk zich verbonden weet en voelt met het volk Israël, dan mag de schaamte een plek krijgen tijdens erediensten, vergaderingen en in de huizen. Zo lang de kerk zwijgt, werkt ze mee aan antisemitisme. Spreken en bidden is het volk omarmen en tegelijk de God van dit volk eren.
Reacties
Een reactie posten
plaats hier een reactie